Gepubliceerd in de Stentor en op deStentor.nl, 28 november 2021, foto Gerard Vrakking
Meer dan vierhonderd wedstrijden staan achter zijn naam, maar Richard Flierman (41) weet nog van geen ophouden bij vijfdeklasser Wesepe. Dat het leeftijdsverschil met alle twintigers in zijn team groot is, deert de fanatieke verdediger niet. “Zolang ik het zelf nog leuk vind en ik door het team geaccepteerd word, zou ik niet weten waarom ik zou stoppen.”
Oké, het moet geen treurig gezicht worden, zegt de Wesepenaar zelf. “Als ik niet meer wat kan bijdragen, te langzaam ben en een blok aan het been van het team word, dan wordt het tijd om te stoppen. Maar volgens mij kom ik nog goed mee. Ook de trainer geeft me dat vertrouwen, ik sta elke week in de basis.”
Flierman debuteerde net voor zijn zeventiende verjaardag in het eerste van Wesepe. Nu is hij de nestor tussen de broekies. “Het houdt je jong”, lacht hij. “Ik loop die jonge jongens er niet uit, maar ik hou ze wel bij. Ik ga altijd tot het uiterste en sla geen training over.” Met Sven Booijink, zestien jaar jonger, vormt Flierman het centrale verdedigingsduo bij de vijfdeklasser. “Jaren geleden was ik een van de snelsten in het team. Die topsnelheid van toen heb ik niet meer, zeker niet op de eerste meters. Ik compenseer veel met mijn ervaring, maar een sprint van een snelle spits wordt lastig. Het is daarom handig dat er iemand naast me staat die die snelheid wel heeft.”
Grappen
De derde helft pikt Flierman gewoon mee. “Vorige week zaten we nog met z’n allen tot in de avond in de kantine. Daar voel ik me prima op m’n plek. Het is dan zelfs een voordeel dat ik de enige van mijn leeftijd ben. In je eentje sluit je makkelijker aan. De rest gaat na de kantine door naar de keet, ik vertrek dan naar huis. Natuurlijk maken ze grappen over mijn leeftijd. Ik ben toch die ouwe, hè. Iedereen heeft wel wat en iedereen moet het een keer ontgelden. Dan ben ik maar die ouwe.”
Dat de jaren gaan tellen merkt Flierman vooral op de momenten dat het voetballen stilligt. “Ik moet tegenwoordig wel echt in beweging blijven. Als ik nu tijdens de zomerstop niks doe, zou ik met een flinke achterstand aan het nieuwe seizoen beginnen. Daarom loop ik in de zomermaanden hard. Dat was eerder niet nodig. Op je twintigste gaat alles vanzelf, een paar jaar later merk je dat je wel iets moet doen en nu ik veertig ben geweest, ben ik heel bewust bezig met fit blijven.”
Flierman junior
Flierman is vader van een vijftienjarige dochter en een zoon van elf. “Teun komt elke thuiswedstrijd met vriendjes kijken. Hij zal het niet snel toegeven, maar ik denk dat hij het stiekem wel mooi vindt dat ik in het eerste speel.” Teun voetbalt in de JO12 van Wesepe, Flierman is leider van het team. “Ik herken veel van mezelf in hem. Hij is net als ik bloedfanatiek en wil altijd alles winnen. Maar Teun is absoluut de betere voetballer van ons tweeën, in ieder geval op technisch vlak.” De kans is daarmee groot dat Flierman junior over een aantal jaren zijn entree in de hoofdmacht maakt. “Ik zou het hartstikke mooi vinden om samen met hem in een team te spelen, maar ik denk niet dat dat het eerste wordt. Dat duurt toch net te lang. Wie weet in het tweede of derde.”