Het alleen maar willen winnen moet eruit

Gepubliceerd in de Stentor en op deStentor.nl, 28 februari 2020, foto Wil Kuijpers

PAPENDAL/LOCHEM – Al jaren staat het leven van de nog maar 16-jarige Emine Ernst volledig in het teken van dat ene grote doel: de Europese tafeltennistop behalen. Het Lochemse supertalent ligt keurig op schema. Ze mag dit jaar voor de tweede keer mee naar het WK en is komend weekeinde een van de kanshebbers op de titel tijdens de Nederlands kampioenschappen in Zwolle. Maar aan die continue strijd in haar hoofd moet nog wel gewerkt worden.

“Vaak denk ik dat tafeltennis alleen leuk is als ik win. Van die gedachte moet ik af, maar dat is heel lastig,” vertelt Emine Ernst vanuit Papendal, het Arnhemse sportcentrum waar ze vijf dagen per week verblijft. “Ik vind het moeilijk om de balans te vinden tussen plezier hebben en er vol voor gaan.” Vooral de afgelopen weken liep het op dat vlak mis. “Op toernooien in Zweden en Tsjechië verloor ik beide keren direct mijn eerste wedstrijd. Dat voelde niet lekker. Je traint zoveel, dan wil je ook presteren. Die druk voel ik altijd, maar ik weet inmiddels dat plezier het belangrijkste is. Daarom leg ik mezelf voor het NK bewust geen doel op. Ik wil genieten en lekker spelen.”

Bloedfanatiek

Dat is een hele uitdaging voor de bloedfanatieke Ernst. Loopt een wedstrijd niet zoals ze wil, dan botviert ze haar frustraties nog weleens op haar batje of is ze na afloop een tijd verdrietig. Haar broertje Fabian begrijpt daar helemaal niets van. “Hoe kun je daar zo lang mee zitten, vraagt hij dan. Hij geeft niets om winnen of verliezen en snapt totaal niet waarom ik zoveel tijd in het tafeltennissen stop.” Zelf weet ze maar al te goed waar ze het allemaal voor doet. Britt Eerland, Nederlands beste tafeltennisster van dit moment die vanwege een olympisch kwalificatietoernooi ontbreekt op het NK, is een belangrijk voorbeeld voor haar. “Niet qua spel – zij is een heel ander type – maar wel wat zij heeft bereikt en hoe ze dat heeft gedaan. Zij deed veel stages in het buitenland of haalde tegenstanders naar hier om tegen te spelen. Nu speelt ze in de Duitse competitie. Ze is tactisch slim en heeft veel balgevoel. Zij heeft echt talent.” Dat heeft Ernst niet, vindt de Lochemse zelf. “Het zit in mij om puur voor één ding te gaan. Dat dat tafeltennis is, is toeval. Het had ook iets heel anders kunnen zijn. Ik denk dat Britt Eerland niet eens veel hoeft te trainen om zo goed te zijn. Ik moet dat wel.”

Supertijd

Dat doet ze dan ook, negen keer per week. Competitie speelt Ernst bij de dames van eredivisionist Nieuwegein en bij het herenteam van De Toekomst in haar woonplaats Lochem. Daar speelt ze onder anderen samen met haar vader Erik. “Hij is belangrijk voor me. Na een slechte wedstrijd kan ik altijd bij hem terecht voor goed advies. Dat is fijn, want op Papendal ben ik veel op mezelf aangewezen.” Volgend jaar zit haar tijd in Arnhem erop. “Dan ga ik waarschijnlijk studeren in Nijmegen en wil ik trainen tegen de goede spelers die er rondom Nijmegen en Arnhem zijn. Of wellicht kan ik dan in de sterke Duitse competitie spelen.” Alles om die Europese top te bereiken. Maar wat als dat onverhoopt niet lukt? “Die kans is groot, maar wat is niet lukken? Ik heb een supertijd. Ik eindigde op de Europese Jeugdkampioenschappen tweemaal bij de laatste zestien, werd tweede op een toernooi in Portugal. Van die prestaties geniet ik. Als ik mijn ultieme doel niet behaal, dan heb ik dat toch allemaal maar mooi meegemaakt.”

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *