Gepubliceerd in de Stentor, 5 februari 2018, foto Ria Willemse
Overal waar de omstreden tentoonstelling Real Human Bodies gehouden wordt, verschijnt Wilbert Stuifbergen. In Raalte was dat afgelopen weekend niet anders. De Hagenees is fel tegenstander van de ‘dodenexpo’ waarvoor volgens hem lichamen gebruikt worden die illegaal verkregen zijn, afkomstig van geëxecuteerde Chinese gevangenen.
“We willen bewustwording creëren en openheid geven. Openheid die de Duitse organisatie zelf niet kan geven” verklaart Stuifbergen zijn aanwezigheid. Samen met compagnon Victor Westerkamp benadert hij bezoekers bij de ingang van het terrein.
Storend
Binnen een half uur boeken ze hun eerste succes. “Een stel uit Amsterdam is onverrichter zake naar huis gegaan. Zij wilden niet meer naar binnen,” vertelt Westerkamp tevreden. De overige bezoekers lijken zich niet te laten weerhouden. “We zijn de twee mannen snel voorbijgefietst,” vertellen Greta en dochter Esmee uit Raalte. “We hebben geen behoefte ze te spreken. We wilden de tentoonstelling sowieso zien. De herkomst van de lichamen kun je toch niet nagaan.”
Rick en Mirjam uit Zuna hadden de twee mannen ook liever niet gesproken. “Het is ronduit storend. Wij worden door hen boos aangekeken dat we hier naartoe gaan. Ze zeggen zelfs dat we medeplichtig zijn aan een misdrijf. Daar zit ik niet op te wachten. Er is geen enkel bewijs.”
Twee andere dames hebben minder problemen met het gesprek. “Ik snap waarom ze hier staan. Het is vreemd dat de herkomst niet duidelijk is. Maar als het echt illegaal is, waarom laat Nederland het dan toe? We gaan kijken en daarna vormen we een oordeel.”
Zo gaat het meestal, vertelt Stuifbergen. “Mensen reageren eerst argwanend, waarna ze toegeven dat het goed is dat we deze boodschap overbrengen. Anderen halen hun schouders op of lopen ons voorbij. Of het niet juist reclame is voor de expositie? Dat kan, maar hoeveel mensen door onze protesten en de media-aandacht eromheen thuisblijven, kun je natuurlijk niet meten.”