Gepubliceerd in de Stentor en op deStentor.nl, 6 september 2019, foto Ronny te Wechel
Bij het wakker worden merkte Lisa Oosterwijk vorige week een scherpe pijn in haar oog. De handbalster van Voorwaarts kon nauwelijks wat zien. ‘s Avonds gebeurde hetzelfde met haar andere oog. “De steken waren vreselijk, ik wist niet wat me overkwam. Ik was flink in paniek, ik zou toch niet blind worden?”
Sixpack
De dokter kon haar geruststellen. Het bleek te gaan om een extreme allergische reactie op het gebruik van geleende lenzenvloeistof. Door de medicatie die de 21-jarige Twellose sinds drie jaar toegediend krijgt vanwege haar darmziekte heeft ze grote kans op dergelijke irritaties en infecties. “De ellende begon in mijn tweede jaar bij Dalfsen, het laatste seizoen onder trainer Peter Portengen. Ik had totaal geen energie, had veel buikpijn en hield niets binnen. Op een gegeven moment had ik een sixpack, zo mager was ik.”
Een reeks onderzoeken volgde, tot een half jaar later de diagnose gesteld werd: ziekte van Crohn. “M’n dikke darm, dunne darm en darmwand zaten vol ontstekingen. Ik kreeg de zwaarste prednisonkuur. Tijdens die kuur mocht ik niet sporten, maar dat kon ik ook helemaal niet. Ik was moe, had spierpijn, kon niets. Het was de vraag of ik ooit nog op hoog niveau zou handballen.”
De prednison deed zijn werk, Oosterwijk knapte op. Met medicijnen en op tijd rust nemen hield ze de ziekte onder controle. Maar een eenzame periode bij Dalfsen brak aan. “Ik moest weer helemaal opbouwen, kon nog geen baantje hardlopen. Ik zat veel alleen in de sportschool en deed in mijn eentje mijn oefeningen langs het veld. Tijdens wedstrijden keek ik toe vanaf de tribune, buitenlandse tripjes gingen aan mijn neus voorbij. Dat heeft er flink in gehakt.”
Frustrerend
Zes maanden na de gedwongen break maakte de opbouwster haar rentree. “Daar had ik keihard voor getraind. Ik wilde hoe dan ook terugkeren.” Opnieuw werd het een mentale uitdaging. “Met Monique Tijsterman hadden we een nieuwe trainster en de selectie was geheel vernieuwd. Het was lastig om mijn plekje te vinden. In wedstrijden werd ik aanvallend nauwelijks ingezet. Dat was erg frustrerend. Dan zag ik speelsters op mijn positie fouten maken en nog zat ik op de bank. Waarom laat je mij niet spelen, vroeg ik me dan af.”
Vorig jaar, in haar laatste seizoen bij Dalfsen, verdween het plezier in het spelletje volledig. “De resultaten vielen tegen en ik kreeg weinig speelminuten. Als je veel en hard traint, maar het wordt niet beloond, is dat heel lastig.” Nog voordat Dalfsen bekendmaakte zich terug te trekken uit de eredivisie had Oosterwijk haar besluit genomen. “Het was helemaal stoppen of teruggaan naar Voorwaarts, waar ik in de jeugd begonnen was. Ik ben blij dat ik voor het laatste koos. Na een week hier was het plezier al terug.”
Schouders eronder
Spijt van haar jaren bij Dalfsen heeft Oosterwijk, die ook twee seizoenen voor Kwiek uitkwam, niet. “Het waren vier mooie, maar zware jaren. Ik ben er mentaal zo sterk door geworden. Naast de ziekte van Crohn heb ik een schouderblessure en andere kleine pijntjes gehad. Als ik niet zoveel pech had gehad, was het wellicht anders gelopen. Ik ben trots dat ik ondanks alles ben blijven knokken. Mijn familie, vriend en vriendinnen hebben mij altijd gesteund. Ik kon bij ze uithuilen als ik het niet meer zag zitten. De volgende dag was het dan: hup, schouders eronder en gaan. Er zijn ergere dingen in de wereld, al voelde dat niet altijd zo.”